dinsdag 31 mei 2011

Emmanuel Steverlynck aan boord

Eind 1952 wordt de algemene directie uitgebreid en komt de commerciële leiding van het bedrijf in handen van Emmanuel Steverlynck. De jongere broer van Bernard en zoon van Karel Steverlynck is een gedreven verkoper voor wie geen enkele inspanning te veel is. Emmanuel zal zich voortaan vooral toeleggen op de verkoop van getouwen. Vertrouwd met de textielwereld door de familiale weverijen in Vichte en met een grote commerciële aanleg, slaagt hij erin om een verkooporganisatie over de hele wereld uit te bouwen en Picañol op de wereldkaart te zetten. Een van de eerste verwezenlijkingen van Emmanuel is de volledige uitbouw van een verkoopsnet: eerst wordt de interne organisatie op punt gezet, onder rechtstreekse leiding van Emmanuel zelf. H.B. Hess, die voordien verantwoordelijk was voor de textielafdeling van het Zwitserse Georg Fischer, en Roger Vermeulen, een voormalig boekhouder, vullen de verkoopsafdeling aan. Om technische ondersteuning te krijgen doet Emmanuel een beroep op de kennis en de ervaring van Tony Debruyne. De facturatie is in handen van Jozef Vermeulen. Daarnaast wordt Omer Deschacht, voordien secretaris van Maurice Huvelle, verantwoordelijk voor de afdeling Public Relations, een functie die Omer ten volle zal behartigen. Het motto van Emmanuel is immers: “Om te kunnen verkopen moet men niet alleen de klant gaan bezoeken maar vooral hem naar Ieper halen en hem overtuigen van de kwaliteiten van het product.” Een goede ontvangst met de daarbij onder meer een jachtpartij kunnen de verkoop alleen maar ten goede komen. De gasten gastronomisch in de watten leggen blijkt al snel de specialiteit van Omer te worden. Door de productie van de moderne President-weefmachine zorgt het bedrijf voor werk in eigen streek voor vele honderden werknemers. Het personeelsbestand groeit tot 700 medewerkers in 1952.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten